Wimar Bolhuis

Econoom, wetenschapper en publicist

Bespreek de marktordening van de nieuwe Nederlandse waterstofmarkt!

12 november 2021 07:01, RTL Nieuws

Wil je het gedrag van Nederlanders veranderen, dan moet je ze laten geloven dat ze het geld oplevert. 

Dus kondigde de minister-president bij Prinsjesdag de ombouw van Nederland tot een groene waterstofeconomie aan. Waterstof moet de belangrijkste energiedrager worden. De binnenlandse waterstofproductie en het transport naar en het gebruik door de industrie worden opgeschroefd. Daarnaast zullen grote volumes waterstof naar het Europese achterland worden geëxporteerd. 

Dit verhaal is een inspirerende, duurzame en financiële stip op de horizon. En tegelijkertijd een grote sprong in het economische duister. 

Niet alleen omdat we vaker grote gaten ontdekken tussen uitgesproken ‘gratis’ ambities en de opvolgende ‘pijnlijke’ beleidskeuzes. Zonder een juiste marktordening en overheidssturing ontstaan op de nieuwe waterstofmarkt onevenwichtig sterke marktposities en vertragingen in de toegang van producenten en consumenten.

Nieuwsuur waarschuwde al. Netwerkbeheerder Gasunie krijgt 1,5 miljard euro om bestaande gasleidingen om te katten naar waterstofleidingen. Deze publieke verantwoordelijkheid voor de infrastructuur is volgens het boekje, hoewel het ook financiële risico’s met zich meebrengt. 

Maar daarnaast is een consortium van Shell (Nederland), Equinor (Noorwegen) en RWE (Duitsland), Groningen Seaports en dezelfde Gasunie bezig om in Groningen het grootste waterstofproject van Europa te bouwen. Kern van het idee: windmolenparken op zee boven de Waddeneilanden, met de opgewekte energie in Eemshaven groene waterstof fabriceren, en dit door de aangepaste leidingen naar de zware industrie in Nederland en Noord-West Europa vervoeren. Op termijn moet jaarlijks 800 duizend ton groene waterstof geproduceerd – overeenkomstig met 7 megaton CO2-uitstoot.

Mijn waarschuwing is dat de patriottische voorliefde om de eerste European Hydrogen Valley te worden ons niet mag verblinden.

De werkelijkheid is dat bijna nog geen marktordeningskader en regulering bestaat voor de waterstofmarkt. Een risico is dat het consortium een profijtelijke langjarige monopolie met aanzienlijke vrijheid veiligstelt. Gasunie en Groningen Seaports hebben publieke aandeelhouders in de Staat der Nederlanden respectievelijk de provincie Groningen en gemeenten Het Hogeland en Eemsmond. Shell, Equinor en RWE zijn beursgenoteerde multinationals. 

De economische wetenschap leert dat het belangrijk is om vooraf duidelijke afspraken te maken over de invulling en begrenzing van zulke marktmacht en indien gewenst specifieke wetgeving te maken. Achteraf wordt redden wat er te redden valt. 

Nederland lijkt nu te wachten op Brusselse kaders. De Europese Commissie ziet immers een grote rol voor waterstof in het nieuwe Fit for 55 pakket om 55 procent CO2-reductie in 2030 te bereiken. In juli gaf onze Autoriteit Consument en Markt wel ruimte voor waterstofexperimenten, maar kaatste de grote ordeningsbal terug naar Europa. Ecorys en TNO adviseerden in 2018 de regering nog dat opkomende marktmacht en toegangsbelemmeringen redenen kunnen zijn voor een nationaal waterstofmarkt-specifiek ordeningskader. Dat speelt nu op. 

Een serieus debat is gewenst over de publieke randvoorwaarden die horen bij die nieuwe Nederlandse waterstofeconomie. Welke toegankelijkheid, leveringszekerheid, tariefstelling, veiligheid en kwaliteit dienen gewaarborgd? Onder welke voorwaarden moeten niet-industriële bedrijven en huishoudens op termijn aangesloten op waterstof? Wie staat aan de lat voor oversluitkosten en vervangingsuitgaven? Het maken van een juridische basis hiervoor vergt tijd. En het ontbreken van dit juridisch kader voor de waterstofketen kan de marktontwikkeling vertragen.

Een grote overheidsinzet in dit North2-project creëert verder een zware padafhankelijkheid voor toekomstige regeringen en parlementen. Het consortium krijgt aanzienlijke zekerheid dat de Staat bereid blijft miljarden euro’s uit te geven en tegenvallers op te vangen. Zelf zullen de energiereuzen bij dit enorme complexe project beperkte kostenconcurrentie voelen. Concurrenten met minder diepe zakken staan buitenspel, terwijl de eerdere aanbestedingen voor windmolenparken op zee zeer succesvol waren. Ja, de Staat kan nu gratis lenen. Maar een doelmatige besteding van (toekomstige) overheidsuitgaven is een belangrijke waarde.

Ik ben een voorstander van een ondernemende overheid in de energietransitie, maar deze waterstofbesluitvorming moet in de ogen van het grote publiek wel in de procedureel juiste en economische slimste volgorde verlopen. Wees tijdig transparant over de voorwaarden aan die onmisbare overheidssubsidies. Voorkom het gevoel dat Nederland hier wat ingerommeld wordt en publieke waarden niet geborgd, omdat het lijkt dat vooraf niet goed is nagedacht en doorgesproken over de gewenste begrenzingen.

Hoogste tijd om te praten over de marktordening van de aankomende Nederlandse waterstofmarkt.

«
»